maggie en milly en molly en may
die gingen (een dagje uit spelen) naar zee
en maggie ontdekte een schelp die zong
zo liefelijk dat ze niet meer tobben kon,
en milly werd vriendjes met een ster daar gestrand
zijn stralen vijf vingers maar heel erg onthand;
en molly werd achtervolgd door een griezelig ding
dat zijwaarts weg racete en belletjes blies: en
may kwam thuis met een gladronde steen
zo klein als een wereld zo groot als alleen.
want wat we ook verliezen (een jou of een mij)
wat we vinden in zee dat is altijd weer wij
e.e. cummings (vertaling Peter Verstegen)
In dit toneelstuk (voor vier actrices) zijn Maggie, Milly, Molly drie zussen die de zelfmoord van hun jongste zusje May een plek proberen te geven. Aan de hand van scènes uit hun jeugd en hun volwassen leven leert het publiek de vier zussen en hun verschillende karakters kennen. We zien hoe elk van de zussen omgaat met de dood van May. In de volwassen scènes is May alleen zichtbaar voor Maggie en het publiek.
De zussen
MOLLY: De oudste. Koket en driftig. Draagt rood.
MILLY: De tweede zus. Praktisch en proper. Draagt groen.
MAGGIE: De derde zus. Vrolijk, met een pessimistische kant. Draagt geel.
MAY: De jongste. Afstandelijk, maar niet koud. Draagt blauw.